Berichtinformatie

  • Geplaatst op: 07.10.2019
  • Type: Algemeen
  • Categorie: Pol Pikuur
  • Fotoalbum:
  • Video:

Pol in isolement

Voor wie Pol volgt, die weet dat ‘m ene vrome mens is en dat zijn lief nóg straffer vroom is – voor ’t geval dat dat nog kan. Ze noemt dan ook God(e)lieve. Awel, das een.

Ze stonden toestraks aan de Achelse dijk in Lommel, vlak bij de kluis. Verbouwereerd, ze waren de trappers kwijt en het Noorden ook. “t Is dat u het weet: de kluis is gesloten, de laatste paters zijn verdwenen. De kluis wordt mogelijk een afkickcentrum. Voilà. Zelfs de winkel van broeder Martinus heeft een slot, is gesloten. Zijn hond was al eerder door een paar zwervers doogeschoten en daarmee was het lijkestil.

Op die schone zondag van onlangs zag ik ze staan: Pollinnettekke op haar driewielvéloke, Godelieve, strake en uitdagend, Pol met ‘ne grote snottebel.

Ik stopte mijn wagen, draaide ’t venster omlaag, en: “Wat staat gullie daar een gat in uw schoenen te staren… Wat is d’r mis?”

Pol bleef kalm, Godellieve geraakte krevelig en tegenkantig: “Gij onnozelaar, weet gij niet da de paters weg zijn, Neeje, allicht nie, charlewie da gij zijt, gij komt nooit nie in kerk of kluis, zeker. Gij pist nog liever in een wijwatersvat…”

“Excuseer, madammeke Godelieveke” riposteerde ik meteen, “ ’t Is tetteke reus, zunne (niet gewild, express)  om met uw klote te spele, bij wijze van dan. Ik wist niet dat ze zo gauw weg zouden gaan. Maar ik ga het afbollen, zu, ajuus.”

En gelijk naar de frituur van Sint Jozef gereden, waar ge de meest hopeloze mensen kunt ontmoeten en…daar kwamen ze aan. “ Tis voor Pollinnettekke, ge peist zeker dat ik die vettighed ga eten, mattaglap da gij zijt” – was duidelijk tegen mij bedoeld. Het ging er weer vriendschappelijk aan toe.

Terwijl Pol en Lieve tot hun polsen in de puntzak friet met saus vissen en Pollinnettekke tot haar ellebogen in de friet hangt, en Pol ook nog een stijve hollander naar binnen werkt komt het verhaal.

“De nieuwe sponsoor is nog eens een goeje. We kregen allemaal al een agenda van volgend jaar. Net een balboekske van ons méméeke, d’r staan allemaal al koerskes en rondes is.” “Ge hoeft alleen nog maar de trainen, hè Pol” fleemt Godelieve.

Op mijn vraag of Godelieve ook nog een functie krijgt is het wel even stil. Na de affaire van de matchfixing is het vet van de soep en ook het overlijden van Leopold is nog niet vergeten. Alleman in de grensstreek weet dat ze reserverondemiss is, en zal blijven tot ze met haar strakke rokskes niet meer op het podium kan klimmen.

“Ah, ja, tis te zeggen”, om daarmee een openbaring in te leiden, “vermits onze Pol toch eigenlijk maar een zebedeuske is met floeren benen…” “Zwijgt” roept Pol en de friet komt al naar buiten: “Wie had ‘m laatst in Mur de Bretagne slag om slinger gedemarreeerd? En wie heeft het strafste koppel stronken om een gat toe te rijden, hè, hè, spreekt eens madammeke met de fleme handjes, allez, ik luister….”

“ja, ’t is sjuust Pol, ge zijt sjuust, ’t ga nog altijd kunnen, en gij kunt da ook, as ge maar een klein beetje meer stratego zou spelen he man, dan ging da allemaal nog veel en veel vlotter.” Pol moefte nie (gaf geen krimp) maar glom van trots en goesting. “Wacht maar, de champagne gaat kunnen koud gezet worden,” klonk als een voorspelling. ’t Is nog altijd kif kif bij onze piepelingen.

En weer een dieptegesprek van onze Pol. Volgend jaar de Paulijnse spelen. Aan zijn strakke gabariet en zijn weerbarstige geest zal het niet kunnen liggen. Wie weet heeft hij nu al de sleutel in handen.

We blijven hem volgen, met of zonder kluis.

Dorcas.